Er zit veel verschil tussen applicaties: zowel wat betreft gebruikerservaring, complexiteit, als functionaliteit. Ook tussen doelgroepen en hun behoeftes bestaan verschillen. Hoe zorg je voor de perfecte brug tussen deze twee werelden? Wat is ervoor nodig om het aanbod van software zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de specifieke vraag en behoefte van de doelgroep?
Fit for Purpose: hoe bouw je de perfecte brug tussen aanbod van software en de vraag van de gebruiker?
Volgens Solution Architect Rinse van Hees is het antwoord op die vraag ‘Fit for Purpose’: “In elke stap van het ontwikkeltraject toetsen we uitvoerig of wat er is opgeleverd ook nauw aansluit bij de behoeftes van de eindgebruiker.”
Wat precies de ‘purpose’ van de software is, en hoe de functionaliteit daarbij kan aansluiten, wordt in elke fase van het ontwikkelproces verder gefinetuned. Rinse: “Voor de start van een traject is het soms lastig in te schatten wat er precies nodig is. Pas wanneer er echt gewerkt wordt met een applicatie, komen de echte behoeften naar boven. Fit for Purpose is een dynamisch, iteratief proces, waarin je nauw samenwerkt met eindgebruikers om te komen tot oplossingen die niet alleen technisch hoogstaand zijn, maar ook zo veel mogelijk waarde toevoegen voor eindgebruikers.”
Een dynamisch, iteratief proces
Een belangrijk onderdeel van deze manier van werken: is om software in een zo vroeg mogelijk stadium in de handen te krijgen van gebruikers. Rinse: “Zo kun je op basis van feedback stapsgewijs werken aan het verbeteren van deze software. Je werkt dus heel nauw samen met eindgebruikers, gedurende het gehele ontwikkeltraject. Hiermee voorkom je niet alleen dat je eindproduct achteraf niet aan de verwachtingen blijkt te voldoen, maar het scheelt ook in de kosten; hoe later je problemen oplost, des te duurder het wordt.”
Rinse ervaarde het belang van dit iteratieve proces in de praktijk toen zijn team software ontwikkelde die complexe financiële berekeningen kon uitvoeren. “De applicatie had verschillende doelgroepen: van financieel adviseurs tot mensen met weinig financiële kennis. Toen we startten met het bouwen van de applicatie, was het ontwerp zeker niet Fit for Purpose. Maar door agile en iteratief te werken, konden we na iedere release gebruikersfeedback ophalen en telkens een stap zetten naar een betere aansluiting op de behoeften van de gebruikers.”
In het voorbeeld bleek na de eerste oplevering dat gebruikers zonder financiële achtergrond de berekeningen toch niet goed begrepen, ondanks de toegevoegde uitleg en details. “Op basis van feedback hebben we de applicatie aangepast, zodat eindgebruikers de berekeningen samen met hun financieel adviseur konden bekijken. Hierdoor kreeg de adviseur de kans om de gebruiker door de applicatie heen te praten.”
De aanpassing leidde dus tot een applicatie die door beide doelgroepen positief werd gewaardeerd.
Begin simpel
Hoe kan deze Fit for Purpose-benadering het beste worden toegepast in de praktijk? Rinse raadt aan om te beginnen met een zo simpel mogelijke oplossing en van daaruit feedback op te halen bij gebruikers. “Breng in eerste instantie de belangrijkste klantreizen in kaart en begin met het uitwerken van een klantreis die niet te complex is, maar wel basisfunctionaliteit nodig heeft. Zo kun je deze functionaliteit gaan testen, zowel technisch als functioneel.”
Naarmate er meer gevalideerde basisfunctionaliteit en infrastructuur staat, kunnen er complexere klantreizen opgepakt worden. “Complexiteit ontstaat zo geleidelijk en alleen waar dat echt noodzakelijk is”, legt Rinse uit. “Als dit goed gedaan wordt, dan is het implementeren van iedere volgende klantreis eenvoudiger, ondanks de toenemende complexiteit. Doordat er steeds wordt voortgebouwd op gevalideerde en Fit for Purpose functionaliteit, hoeft er steeds minder nieuw gebouwd te worden.”